Beleidsuitgangspunten
De algemene beleidsdoelstelling van verbonden partijen is de behartiging van het publiek belang van de gemeente Rotterdam door een organisatie met een private of publieke rechtsvorm. De gemeente verbindt zich daaraan door bijvoorbeeld kapitaal te storten of zeggenschap te krijgen. Bij verbonden partijen gelden de volgende voorwaarden:
- de financiële en beleidsmatige risico’s die de gemeente loopt, staan in redelijke verhouding tot het publiek belang;
- de deelneming is het efficiëntste en effectiefste instrument om het beoogde beleidsdoel te bereiken;
- het publiek belang en het toezicht daarop is niet al op een andere manier volledig geborgd.
Kaders
Deze voorwaarden zijn afgeleid van bepalingen in het gemeentelijke Beleidskader Verbonden Partijen dat in 2020 door de gemeenteraad is vastgesteld. Nieuw hierin is dat nadrukkelijk een kader is opgenomen voor (investerings-) fondsen. Deze vorm wordt vaker toegepast bij de in- en oprichting van verbonden partijen. Daarnaast is ook de Leidraad Governance opgenomen in het beleidskader. De kern van de leidraad is het gebruik van een gemeente breed relatie-classificatiemodel. In dit model worden organisaties op basis van criteria ingedeeld en wordt per categorie uitgewerkt op welke wijze de invulling van het toezicht vanuit de gemeente concreet vorm krijgt. Daarnaast is uitgewerkt op welke wijze dit instrument behulpzaam kan zijn bij de wijze waarop accounthouders binnen de gemeente Rotterdam invulling geven aan hun toezichthoudende rol.
- De gemeente heeft een nieuwe versie van het Beleidskader Verbonden Partijen; deze is begin 2023 door de gemeenteraad behandeld.
Samen met het Burgerlijk Wetboek Boek 2 en de Code Corporate Governance vormen voornoemde bepalingen de belangrijkste richtlijnen voor het beleid ten aanzien van verbonden partijen - zo wordt er in het Beleidskader ingegaan op de relatie tussen & bevoegdheden voor de Raad vis-a-vis de Verbonden Partijen.. De uitvoering van de algemene beleidsdoelstelling is onder te verdelen in:
- de gemeentelijke deelname in nieuwe verbonden partijen;
- het beheer en de evaluatie van gemeentelijke deelname in bestaande verbonden partijen;
- de wijziging en beëindiging van gemeentelijke deelname in bestaande verbonden partijen.
Bij het aangaan van een nieuwe verbonden partij heeft de gemeenteraad op basis van de Gemeentewet het recht om wensen en bedenkingen te uiten. Dit betekent dat het college pas kan besluiten tot het oprichten of participeren in een nieuwe verbonden partij nadat de gemeenteraad in de positie is geweest om haar wensen en bedenkingen te uiten.
Voor het beheer en afstoten bepaalt de Gemeentewet dat in principe het college verantwoordelijk is voor de uitvoering en besluitvorming rondom verbonden partijen en dat de gemeenteraad wordt geïnformeerd. In de praktijk blijkt echter dat wanneer er sprake is van grote belangen voor de gemeente zoals de strategie van het Havenbedrijf of de verkoop van het Warmtebedrijf de gemeenteraad juist voorafgaand aan de besluitvorming wordt betrokken.
Als het gaat om het beheer van een verbonden partij dan betekent dit dat de gemeente als aandeelhouder van een vennootschap of lid van een vereniging of gemeenschappelijke regeling gedurende het jaar onder andere betrokken is bij het opstellen en vaststellen van begrotingen en jaarrekeningen, de strategie of jaarplan, majeure investeringsbeslissingen en benoemingen van bestuurders, toezichthouders alsmede commissarissen van een verbonden partij. De basis hiervoor zijn vaak de statuten, overeenkomsten of wetgeving afhankelijk van het type verbonden partij.
Daarnaast informeert het college en de gemeenteraad bij een voornemen een verbonden partij te verzelfstandigen. Eenzelfde rol vervult het college bij uittreding en beëindiging van de gemeentelijke deelname of het liquideren van bestaande verbonden partijen.
Koppeling met Coalitieakkoord Rotterdam 2022-2026: Eén Stad
In het Coalitieakkoord staan de beleidsvoornemens om de uitdagingen die Rotterdam kent het hoofd te bieden en van Rotterdam een nog betere stad te maken. Ook de gemeentelijke verbonden partijen spelen hierbij een rol. Zo zijn onder andere het Havenbedrijf, Stedin en het Energietransitie, waarvan de gemeente Rotterdam aandeelhouder is, belangrijke partners voor de gemeente in de energietransitie, maar ook in kwesties van arbeidsgelegenheid. Zo wordt er bijvoorbeeld met bedrijven in de Rotterdamse haven samengewerkt aan de om- en bijscholing van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt of oudere werkzoekenden.
Feyenoord heeft aangegeven dat het realiseren van een nieuw stadion in de huidige marktomstandigheden niet haalbaar is. Dit begrijpt de gemeente Rotterdam.
Belangrijkste beleidsvoornemens & beleid voor verbonden partijen met "verhoogd risico"
De beleidsvoornemens voor de verbonden partijen worden opgenomen in de paragraaf Verbonden Partijen van de begroting. Aan het einde van het boekjaar legt het college vervolgens verantwoording af over dit gevoerde beleid in de gelijknamige paragraaf van de jaarstukken.
Ook wordt jaarlijks door het college het Beheerverslag Deelnemingen aan de gemeenteraad aangeboden. Doel van het Beheerverslag is om de gemeenteraad van Rotterdam grondiger te informeren over de ontwikkelingen binnen deelnemingenportefeuille en de individuele deelnemingen, gelet op de grote publieke en financiële belangen die zijn gemoeid met deze deelnemingen.
Daarnaast zijn met betrekking tot de verbonden partijen voor 2025 enkele belangrijke beleidsvoornemens en ontwikkelingen te benoemen voor de meest omvangrijke deelnemingen wanneer wordt gekeken naar de impact op de publieke (verduurzaming, energievoorziening, betaalbaarheid en mobiliteit) en financiële (dividend en gestort kapitaal) belangen voor de gemeente.
1. Havenbedrijf
Havenbedrijf Rotterdam (HbR) werkt continue aan het ontwikkelen van de haven om de efficiëntie en betrouwbaarheid van de Rotterdamse haven te vergroten.
In 2025 (en verdere jaren) zet HbR met diverse partners onder meer in op het verder ontwikkelen van infrastructuur om CO2 te reduceren, onder andere door initiatieven als Porthos (CO2-afvang en -opslag) en walstroom. Daarnaast zal de onderneming zich de komende jaren inspannen voor het aantrekken van bedrijven die gespecialiseerd zijn in circulaire productieprocessen en hernieuwbare energie zoals: Import en conversie van waterstof, aanlanding van windenergie en opwekking hernieuwbare energie in de haven. De doelstellingen ten aanzien van CO2 reductie zijn de afgelopen jaren niet behaald. Het behalen van deze doelstellingen zal de komende jaren scherpe keuzes vereisen van het Havenbedrijf en gemeente Rotterdam.
2. Stedin
Om de overgang naar schonere energie mogelijk te maken en ruimte te bieden voor het aansluiten van woningen en bedrijven worden miljarden geïnvesteerd in de energienetten. Netbeheerder Stedin – waarvan Rotterdam de grootste aandeelhouder is - heeft hiervoor kapitaal nodig. Als aandeelhouder is voor Rotterdam, in het kader van publieke belangen, de overgang naar schonere energie, naast de betaalbaarheid, ook van belang. Rotterdam en de andere aandeelhouders hebben daarom extra eigen vermogen ingebracht en hebben een deel van de winst niet laten uitkeren. Ook zijn nieuwe aandeelhouders toegetreden. Door deze maatregelen is het vermogen met honderden miljoenen versterkt. Tot 2027 is de kapitaalbehoefte van Stedin hiermee voldoende ingevuld. In 2026 wordt bekeken of er daarna nog een kapitaalbehoefte zal zijn, en hoe hoog die dan is. Dit gebeurt mede aan de hand van de nieuwe (tarieven)regulering van de ACM en de verwachtingen die er dan zijn over de nog benodigde investeringen.
In 2024 is de strategie van Stedin bijgesteld zodat de onderneming een rol kan spelen in het ontwikkelen en beheren van warmtenetten, als onderdeel van de energietransitie. Hiermee kan nuttig gebruik gemaakt worden van restwarmte, bijvoorbeeld uit de industrie. Bovendien kan door de inzet van warmtenetten de noodzaak om te investeren in het elektriciteitsnet (zie hieronder) verlaagd worden, omdat er dan minder vraag is naar stroom voor warmtepompen. Vanwege de bedrijfseconomische risico’s die aan warmtenetten verbonden zijn is een kader overeengekomen waarbinnen de warmte-activiteiten ontplooid kunnen worden.
Het oplossen van netcongestie, ofwel de file op het stroomnet, is het belangrijkste thema voor het bedrijf. De financiële randvoorwaarden om de benodigde investeringen te kunnen doen zijn voorlopig ingevuld, maar er zijn ook andere beperkingen. Bijvoorbeeld schaarse beschikbaarheid aan medewerkers die ook opgeleid moeten worden, de beschikbaarheid van materialen en soms zijn de processen rond ruimtelijke ordening en dergelijke heel ingewikkeld. De verzwaring van het elektriciteitsnet is daarmee een proces van jaren. Daarom wordt ook ingezet op intensievere benutting van het bestaande net, bijvoorbeeld in de daluren, zodat het net tijdens de piekuren minder belast hoeft te worden.
3. RET
Eind 2023 heeft RET samen met gemeente Rotterdam en Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) een plan opgesteld om de komende jaren weer financieel gezond te worden. Dat doet RET door op meerdere aspecten maatregelen te treffen. Zo komt er een slimmere manier van toezicht houden in de tram, voert RET een nieuwe aanpak in om het ziekteverzuim te verminderen en krijgt het busnetwerk een slimmere invulling.
Onderdeel van de afspraken tussen RET, gemeente en MRDH is dat de gemeente een kapitaalstorting in RET doet, van ten hoogste € 25 mln. In 2024 vindt een storting van €15 mln plaats. De storting is verwerkt in Begroting 2025/Tweede herziening 2024.
Voor deze storting is een dividendstroom terug te verwachten, net zoals bij een storting vanuit een private aandeelhouder. Het inboeken van deze dividendenstroom vindt later plaats.
4. Evides
In de afgelopen jaren is door de droge zomers en verontreiniging van oppervlaktewater duidelijk geworden dat de beschikbaarheid van toegankelijkheid en kwalitatief goed drinkwater niet zonder meer vanzelfsprekend is en dat voor de borging daarvan voor de toekomst ook in 2024 e.v. geïnvesteerd zal moeten in productielocaties en drinkwatercapaciteit. Er is extra inzet nodig om de waterkwaliteit van grond- en oppervlaktewater in Nederland te verbeteren, dit geldt ook voor de belangrijkste bron van Evides: de Maas. Evides is met het ministerie van IenW in overleg om de verontreiniging van PFAS bij de bron aan te pakken, zodat de vervuiling van de Maas wordt teruggedrongen. Ook duurzaamheid blijft een belangrijk beleidsdoel van Evides. De organisatie heeft de doelstelling om in 2025 energieneutraal te zijn. Dit alles zorgt voor een stijgende investeringsdruk bij Evides (net zoals bij de andere waterbedrijven in Nederland). De organisatie kan deze investeringen met eigen middelen dragen. Als aandeelhouder is het voor Rotterdam is duurzaamheid, naast betaalbaarheid, ook een belangrijk onderwerp.