Begroting 2025
Voortgang Tweede Herziening 2024
Paginanummer in website: 14Voortgang Tweede herziening 2024
Financiële positie
Het college stuurt op een weerstandsvermogen van minimaal 1,0, zoals in het coalitieakkoord is opgenomen. Eind 2024 is het weerstandsvermogen 1,74 en daarmee voldoet het aan de norm. Het weerstandsvermogen voor 2025 is 0,80 en daarmee onder de norm. Het weerstandsvermogen voor 2026 is 1,02 en daarmee op de norm. De paragraaf Weerstandsvermogen laat het meerjarig verloop van het weerstandsvermogen en de risico's zien.
Financiering
Door de hoger blijvende marktrente wordt de omslagrente voor investeringen vanaf 2025 verhoogd van 2,0% naar 2,5%. Ook de bespaarde rente die wordt berekend over de reserves en voorzieningen gaat vanaf 2025 van 2,0% naar 2,5%.
Het begrote interne omslagpercentage voor toerekening aan de bouwgronden in exploitatie (BIE) is vanaf 2025 gelijk aan de omslagrente voor investeringen. Dit is het gevolg van een wijziging in de BBV-regelgeving (Besluit Begroten en Verantwoorden). Door de gelijkstelling stijgt het omslagpercentage voor de BIE vanaf 2025 van 1,2% naar 2,5%.
De rentestijging geeft een negatief financieel effect op de organisatie. De verrekening naar de betrokken programma’s heeft in de Begroting 2025/Tweede Herziening 2024 plaatsgevonden. Zie de paragraaf Financiering voor verdere toelichting.
Gemeentefonds
Het Rijk verdeelt het gemeentefonds tussen de gemeenten op basis van verschillende maatstaven. De systematiek waar de verdeling op is gebaseerd, wordt vervangen. In plaats van de trap-op-trap-af-systematiek is de nieuwe systematiek gebaseerd op de ontwikkelingen van het bruto binnenlands product (bbp). Eerder gaf het Rijk aan dat het de nieuwe systematiek vanaf 2026 zou invoeren. In de Rijksvoorjaarsnota 2024 kondigde het Rijk echter aan de nieuwe systematiek voor gemeenten al per 2024 in te stellen.
Zie voor een uitgebreidere toelichting het hoofdstuk Gemeentefonds.
RET
Eind 2023 heeft RET samen met gemeente Rotterdam en Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) een plan opgesteld om de komende jaren weer financieel gezond te worden. Dat doet RET door op meerdere aspecten maatregelen te treffen. Zo komt er een slimmere manier van toezicht houden in de tram, voert RET een nieuwe aanpak in om het ziekteverzuim te verminderen en krijgt het busnetwerk een slimmere invulling.
Onderdeel van de afspraken tussen RET, gemeente en MRDH is dat de gemeente een kapitaalstorting in RET doet, van ten hoogste € 25 mln. In 2024 vindt een storting van €15 mln plaats. De storting is verwerkt in Begroting 2025/Tweede herziening 2024.
Voor deze storting is een dividendstroom terug te verwachten, net zoals bij een storting vanuit een private aandeelhouder. Inboeking van deze dividendenstroom vindt later plaats.
Kiezen voor Rotterdam
Bij de Voorjaarsnota 2023 is besloten een organisatieopgave van € 150 mln. uit te voeren. De organisatieopgave is verder uitgewerkt in het programma Kiezen voor Rotterdam. De besparing voor 2024 van € 20 mln. is bij de Voorjaarsnota en Eerste Herziening 2024 verdeeld over de begrotingsprogramma's. De besparing voor 2025 en verder wordt grotendeels bij de Begroting 2025/Tweede herziening structureel verdeeld over de begrotingsprogramma’s.
Zie voor een uitgebreidere toelichting hoofdstuk Bedrijfsvoering
Financiële bijstellingen
Financiële bijstellingen Algemene middelen | € 82.415 |
Actualisatie kapitaallasten | € 14.524 |
Actualisatie rente | € 4.136 |
Bijstelling dividendramingen | € 1.000 |
Kapitaalstorting RET | € -300 |
Mutatie algemene uitkering meicirculaire | € 28.797 |
Vrijval saldo indexatie | € 9.336 |
Technische wijzigingen, reserves, taakmutaties, kasschuiven en kleine bijstellingen | € 24.921 |